TRUFFELJACHT
Een tijdje terug, toen ik bezig was met het bijschaven van een scène uit Zhongguo die zich afspeelde in het casino Grand Lisboa in Macau, surfte ik even op het net en zag ik dit bericht:
Gokbaas Macau betaalt 2,5 ton voor truffels
ANP − 29/11/10, 11:46
MACAU – Gokbaas Stanley Ho uit Macau heeft bij een veiling in zijn eigen Grand Lisboahotel in zijn woonplaats 250.000 euro betaald voor twee witte truffels. Hij evenaarde daarmee de prijs die hij drie jaar geleden voor het bezit van de paddenstoel overhad.
De miljardair won voor de vierde achtereenvolgende keer de strijd om de aankoop van de paddenstoelen in zijn hotel in de gokstad. Hij verwierf een reuzentruffel uit de Italiaanse regio Toscane van 900 gram. De tweede truffel weegt ongeveer 400 gram. Ho betaalde in 2007 een kwart miljoen euro voor één enkele truffel, die aanzienlijk zwaarder was: ongeveer 1500 gram.
Eerder deze maand betaalde een wijnkenner uit Hongkong 105.000 euro voor een witte truffel op een veiling in de buurt van de Noord-Italiaanse stad Alba.
Ook toevallig! Of niet… Elke dag verschijnen er weer nieuwe berichten over de economische voorspoed van China. Er zijn steeds meer steenrijke Chinezen en die willen pronken met de beste, zeldzaamste en uniekste producten. Daar valt de Italiaanse truffel blijkbaar onder. De truffel: Een sterk riekende onooglijke zwam, gevormd uit schimmels onder de wortels van een eikenboom. Lekkernij en een afrodisiacum, iets met feromonen (leestip: De Truffelminnaar van Gustaf Sobin).
Ik wil al wel verklappen dat ik had bedacht dat een van mijn hoofdpersonen voor de nieuwe roman een truffelbos bezit. Research is wenselijk en Alba klonk als prima plek om nader te inspecteren. Dus: op naar de truffelhoofdstad van Italië, in het hart van Piedmonte. De Slow Food-beweging is hier begonnen door ene Carlo Petrini.
Afgelopen dinsdag betrok ik een hotel in Turijn en eergisteren nam ik de trein naar Alba. Ik sta zelf niet op de foto’s, zoals altijd vergeten. Dit is niet verzonnen:
Nadat ik in de gelateria in het hart van Alba en passant heb laten vallen dat ik graag een truffelveld wilde zien, trekt een stamgast de ober aan zijn jas. Dat is een klus voor onze Marino. ‘Morgen?’ vraag ik. Hup vaart erachter, dit is een buitenkans. Eigenlijk was ik er vanuit gegaan dat het seizoen al over was. September tot december is de tijd van de truffel, zo had ik begrepen. Van de witte ja, maar de zwarte truffel kan nog gevonden worden tot de eerste week van januari, aldus de stamgasten. Marino stemt in. ‘Als vannacht de nachtvorst wegblijft, gaan wij morgen op truffeljacht.’
Na een overheerlijke lunch, bereid door Marino, maak ik kennis met truffeljager Carlo. Ik word niet gesponsord door de VVV van Piemonte (commercieel denken is niet mijn sterkste punt, dat is financieel wat moeizaam), maar wát een aardige mensen wonen er in deze streek. Marino heeft zelfs een paar laarzen voor me meegenomen. We rijden in de jeep van Carlo – stinkend, pardon, welriekend naar truffel vermengd met natte hondengeur – naar een eikenveld net buiten Alba. Mijn laarzen vallen een beetje groot uit. Ik negeer mijn afzakkende sokken en volg jachthond Diana (jawel vernoemd naar de godin). Binnen tien minuten is de eerste truffel door Diana opgespoord. Geanimeerde gesprekken volgen. Vragen stellen is geen probleem.
> Van truffeljagen kun je leven. ‘Als ik elke dag zou zoeken, zou ik 20.000 euro per jaar verdienen. Als je geluk hebt, kun je rijk worden. Zoals de gelukkige vinder van de mega-truffel die aan gokbaas Ho is verkocht.’
> Voor truffelzoeken heb je een vergunning nodig. Die heeft Carlo, maar ‘zoek maar eens een veld waar nog niemand gezocht heeft.’ Over zijn geheime vindplaatsen doet Carlo geen uitspraak.
> Het belangrijkste attribuut is de hond. ‘Dit jaar kreeg ik voor Diana 3000 euro aangeboden.’
> Concurrentie is moordend. Elk jaar worden 10 tot 15 honden vergiftigd. Truffelhonden gaan gemuilkorfd door het leven. Zodat ze per ongeluk geen giftige vleesballetjes eten, maar ook omdat ze dol zijn op truffel en de jager wil voorkomen dat ze na de vondst de truffel opeten. Na elke vondst wordt Diana beloond met een hondenkoekje.
> Vroeger jaagde men met varkens, want zij zijn ook truffelliefhebbers en hebben fenomenale geurdetectoren, maar de beesten zijn niet te stuiten zodra ze de lekkernij ruiken. Hap slik weg.
‘Voor jou,’ zegt Carlo. Opeens heb ik een hand vol truffels.
Ik heb ze aan vrienden van Marino gegeven, restauranteigenaren in het wijndorp La Morra, in de heuvels nabij de dorpen Barolo en Cherasco. Toen de eigenaresse de truffels ging wassen, bleken ze toch kapot gevroren. Wist Carlo dat ze verrot waren? Marino lacht. ‘Geen idee. Nu wijn proeven.’ Enthousiaste uitleg. Ik ben een wijnleek, ik heb opgelet en ervaren hoe wijn bij elk handeling, snuiven, draaien, liggen, proeven, nieuwe geuren openbaart, etcetc., maar een deel van het verhaal weet ik niet meer. Iets met ene kant van de rivier en andere kant van de rivier.