HONG KONG SKYLINE
Met een zachte plons valt de dumpling in mijn soep. Een van de kenmerken waaraan je kunt zien dat ik nog niet lang in China ben: mijn onhandig gemanoeuvreer met eetstokjes. Zo ongezien mogelijk veeg ik de spetters van mijn voorhoofd. Ook mijn shabby uiterlijk is een hint van mijn recente arriveren. Mijn bagage is weer eens vertraagd. Maar ik moet zeggen, ook al had ik wel een van mijn jurkjes aan, ik ben bang dat ik dan nog uit de toon zou vallen tussen de Hong Kongse dames. Bijna zonder uitzondering slanke, elegante verschijningen, met sluik lang haar, zorgvuldig opgemaakte poppengezichtjes, hoge hakken, skinny jeans, hotpants of legging met smaakvolle vleermuis truitjes, zoals in de laatste Elle. Of girly; speels knipje in het haar, platte schoentjes, hoge kousen en outfit met knipoog naar schooluniform. Ook de mannen zijn hip. Adidas sneakers, Gucci shirt, stylish pants en een Gauloise sigaret stoer in de mondhoek. Chinese vastelanders pik je er zo uit, in vormeloze broek en morsig shirt prikken ze nijverig vuil van de straat. Sinds Hong Kong weer in Chinese handen is, nu een kleine tien jaar, is het aantal vasteland-Chinezen enorm toegenomen. Ook zij willen hun ‘Hong Kong Dream’, op eigen kracht stinkend rijk worden. Het eiland probeert de toestroom met allerlei obstakels te stremmen, een verblijfs- of werkvergunning verkrijgen kan niet zomaar. Behalve als je op het eiland geboren bent. Talloze zwangere Chinese vrouwen van het vasteland reizen daarom hoogzwanger naar Hong Kong in de hoop er te bevallen, zodat hun kind verzekerd is van een Hong Kong verblijfpas.
Op aanraden van Bas, een jonge Nederlandse manager die bij mij in het vliegtuig zat, sluit ik mijn eerste avond af, met een kom soep dus, en een biertje (Tsing Tao, erg lekker) in het Intercontinental, een hotel aan de boulevard van Kowloon, de wijk tegenover het businesshart van het eiland, Hong Kong Island. Het uitzicht door de hoge ramen van de lobby is betoverend. De neonlichten van de hoogbouw van de andere kant van de baai communiceren ijverig met elkaar. De een knippert agressief SAMSUNG SAMSUNG SAMSUNG, de ander doet solide zijn werk: SHARP. Niet iedereen kan meekomen. De P van Philips hapert. Een paar façades zijn van top tot teen voorzien van lampjes. Speels vallen duizenden gele en groene lichtjes naar beneden, of vormen een bewegend labyrint van geometrische lijnen. Op enkele metersgrote videoschermen doemen, van links naar rechts kantelend, onleesbare tekens op, om daarna weer langzaam te vervagen, zoals de eeuwig draaiende droedels van de slaapstand van menig computer, verwijzend naar de cyclische gang van wedergeboorten. De hoogste gebouwen spuwen grote blauwe lichtbundels. Tergend traag dagen ze de ander uit. De bundels kruisen elkaar als in een zwaardgevecht. Aan de voet wordt hun almacht versterkt door dikke paarse bol die krachtig van de ene zijde naar de andere schiet.
Morgen Macau. Een nieuw neonland, met fiches, roulette en plastic fantastic.