GAY IN BOMBAY
Gaykrant
Door Saskia Konniger
Februari 2006
Nieuwe economie geeft vrijheid aan homoseksueel India
Indiase homoseksuelen lopen risico voor uitstoting, afpersing of zelfs levenslange gevangenisstraf. Maar in het kosmopolitische Bombay laten jonge homo’s zich niet meer zomaar in een hoek duwen. Onder invloed van moderne Bollywoodfilms, Internet en televisieseries, zoals Will & Grace en Desperate Housewives, ontvouwt zich in grote Indiase steden voorzichtig een seksuele revolutie. Vrouwen kunnen inmiddels in kniehoge rokjes over straat en sinds kort hebben homo’s eigen ‘gay party’s’.
Homoseksualiteit is in het sterk religieuze India een groot taboe. De doorsnee Indiër heeft er nog nooit van gehoord of vindt zijn of haar homoseksuele medeburger abnormaal. Volgens Amnesty International worden in medische centra, inclusief de staatsinstellingen, homoseksualiteit nog altijd als een geestesziekte behandeld, met zelfs elektroshocktherapie als ‘kuur.’ Daarnaast is een homoseksuele handeling ook een strafbaar vergrijp. Volgens artikel 377 van het Indiase wetboek van strafrecht is iedereen, die seksueel contact heeft met iemand van dezelfde sekse in overtreding en kan hij of zij veroordeeld worden tot tien jaar gevangenisstraf.
Om afpersing, afwijzing of gevangenisstraf te voorkomen leiden veel homo’s een dubbelleven. Velen zijn getrouwd en hebben in het geheim homoseksuele relaties. ‘Homo’s zijn een kwetsbare groep. Hoewel –voor zover bekend- de afgelopen jaren weinig mensen daadwerkelijk in de gevangenis zijn beland, wordt artikel 377 door agenten en criminelen gebruikt om homoseksuelen af te persen. Er zijn zelfs criminele bendes die zich hierin gespecialiseerd hebben,’ vertelt activist en journalist Vikram (38). ‘Gelukkig heb ik daar zelf nooit mee te maken gehad. Ik heb altijd geweten dat ik homo was en ben er open over. Mijn ouders zijn namelijk zeer vooruitstrevend. Mijn moeder is een Engelse journaliste en heeft nooit problemen gehad met mijn geaardheid. Maar ik heb regelmatig vrienden kapot zien gaan, omdat ze bezweken onder afwijzing van de gemeenschap of onder de druk van de afpersers en verwikkeld raakten in criminele activiteiten.’
Toch lijkt er langzaam iets te veranderen. Onder invloed van globalisering, massacommunicatie en de nieuwe economie van ‘outsourcing’ verandert het sociale landschap van India. In de metropolen van India vinden steeds meer jongeren via westerse televisieprogramma’s en op Internet informatie over seksualiteit, homoseksualiteit en emancipatie. Daarnaast vindt een nog steeds groeiend deel een baan in nieuwe sectoren, zoals ICT, auto-industrie en call centres. Jongeren grijpen hun kans, zijn financiële onafhankelijkheid en vrij om hun eigen levensstijl te kiezen. Met als gevolg dat steeds meer jongeren openlijk homoseksueel zijn, zelfs als dat betekent dat ze moeten breken met hun familie, en naar homofeesten gaan.
Omdat vooral hoogopgeleide en dus vaak welvarende Indiërs voor hun homoseksualiteit uitkomen, zien de clubs wel brood in homofeesten. Zo ook club Karma, in het hart van Bombay. De entree is onopvallend. Bezoekers die uit de taxi stappen kijken onzeker rond en vragen zich zichtbaar af of ze wel op de goede plek zijn, maar de twee – op het eerste gezicht vervaarlijk uitziende – portiers zijn alert en wenken de bezoekers vriendelijk binnen.
Binnen is manager Eugine bezig met de laatste voorbereidingen voor het feest van vanavond. ‘Dit is al de tweede keer dat er een homofeest in onze club plaatsvindt. Ik heb er geen moeite mee. Voor mij zijn het gewone mensen. Ook zij hebben een plek nodig om feest te vieren. We verdienen goed aan ze. En tot nu hebben we geen negatieve reacties gehad of minder klandizie. De politie kijkt mee, dat wel, maar die houden we tevreden met een donatie. Dat is heel gewoon hier in India.’
De organisator van het feest, de 34-jarige Dee, loopt enthousiast rond. ‘Al vijf jaar ben ik actief in de homoscene van Bombay. Het was en is erg moeilijk om andere homo’s te ontmoeten. Ik organiseerde daarom samen met mijn vriend Vikram wel eens een contactavond. Omdat steeds meer homo’s op Internet zaten en we steeds meer via e-mail communiceerden, begon Vikram adressen te verzamelen en stuurden we regelmatig mailingen om onze vrienden en geïnteresseerden op de hoogte te stellen van onze activiteiten.’
‘Het e-mailbestand groeide snel,’ valt Vikram Dee bij. ‘Er bleek zo’n grote behoefte aan informatie en contact met andere homo’s dat ik de website gaybombay.org heb opgezet. We hebben nu al meer dan tweeduizend leden. Hoewel ik er geen moeite mee heb om openlijk als homo door het leven te gaan, was het ook voor mij moeilijk om andere homoseksuelen te ontmoeten. Een van de meest gangbare manieren is het zogenaamde ‘cruisen’, rondhangen in openbare toiletten op zoek naar een sekspartner. Dat is dus niks voor mij. De website is geen sekssite maar bedoeld voor homo’s die leuke mannen willen ontmoeten voor een serieuze relatie of een goed gesprek. Ook op het feest van vanavond is seks niet toegestaan. No hanky panky. We willen nieuwkomers niet afschrikken.’
Zodra de avond vordert, loopt de ruimte langzaam vol met honderden vooral jonge homo’s. Allemaal in een hip strak T-shirt en jeans, staan ze zelfbewust aan de rand van de dansvloer. Zodra de dj een Bollywoodmix opzet, verplaatsen ze zich op de dansvloer en vormen ze een deinende, uitgelaten menigte van stralende, glunderende jongens. Vikram en Dee behoren tot de oude garde. ‘Het ontroert me om deze jongens zo blij te zien,’ zegt Vikram. ‘Vijf jaar geleden was dit feest ondenkbaar. Tijden veranderen. Gelukkig maar.’
Veel aanwezigen hebben een baan in de ICT-sector of in een van de vele call centres. Zo ook Mickey (20). Hij is een opvallende verschijning. Lang, slank en draagt lichte make-up rondom zijn zorgvuldig geëpileerde wenkbrauwen. ‘Ik weet heel zeker dat ik homo ben. Ik heb verschillende keren geprobeerd om een seksuele relatie met vrouwen aan te gaan, maar ik vind er niks aan. Ik ben homo en ben er trots op. Ik vertel het iedereen die het wil weten, ook op mijn werk. Mijn collega’s zijn jong en modern. Niemand vind het erg dat ik anders ben. Maar mijn familie weet niet dat ik homo ben,’ zegt Mickey zacht. ‘Ze willen me uithuwelijken. Dat nooit.’
Ook Abishek (27) komt uit voor zijn homoseksualiteit. ‘Op mijn werk weten ze dat ik homo ben, maar mijn mannelijke collega’s zijn wel eens vervelend. Sommigen mijden me alsof ik een ziekte heb, anderen maken flauwe grappen. Ik voel me dan erg ongemakkelijk. Mijn ouders weten nog niet dat ik homo ben, maar ik heb het wel aan mijn zus verteld. Op de een of andere manier vind ik het erg fijn om met vrouwen te praten. Ik heb niet veel heterovrienden, maar wel veel vriendinnen.’
Vrouwen zijn er niet op het feest. De positie van de Indiase vrouw verschilt vele malen die van de Nederlandse. Lesbiennes moeten een dubbelgevecht leveren. Meenu, een pittige homoseksuele studente, werkt voor een mensenrechtenorganisatie en zit drie dagen per week achter een hulplijn voor lesbische vrouwen. ‘In India bestaat homoseksualiteit niet. Pas sinds kort is er meer openheid vrouwelijke seksualiteit. Vrouwen horen de man te dienen, in alle facetten van het leven. Vrouwenemancipatie heeft nog een lange weg te gaan. Vooralsnog is seksualiteit van vrouwen nog onbespreekbaar, laat staan lesbische geaardheid. Onze strijd is gekoppeld aan die van vrouwenemancipatie, maar zelfs daar worden we niet geaccepteerd. Ze vinden ons vies.’
‘Toch hebben wij minder problemen dan de mannen. Omdat mensen zich niet kunnen voorstellen dat vrouwen elkaar liefhebben, is het voor vrouwen veel gemakkelijker om samen te wonen dan voor mannen. Ik heb het geluk dat ik financieel zelfstandig ben en op mezelf woon. Ik ben vrij, maar mijn familie weet niet van mijn geaardheid. Ik ben er nog niet klaar voor om het ze te vertellen. De kans is groot dat ze me verstoten.’
Een belangrijke factor in de emancipatie van homoseksualiteit is de strijd tegen AIDS. Zo is de Aids-campagne van de Indiase overheid sterk gericht op homoseksuelen. ‘Het is jammer dat we geassocieerd worden met deze ziekte,’ aldus Vikram, ‘maar het is al heel wat dat we serieus benaderd worden en niet langer ontkend worden. Maar ik moet wel toegeven, dat nu meer mensen bewust zijn van het bestaan van homoseksualiteit, de homofobie ook toeneemt. Voor de volgende stap, erkenning en acceptatie, is helaas nog een lange weg te gaan.’
Recentelijk redeneerde het Indiase hof naar aanleiding van een motie van de actiegroep Lawyers Collective HIV/AIDS Unit om artikel 377 te schrappen, dat ‘de huidige sociale context’ het niet toestaat om het verbod op homoseksuele relaties uit de criminele sfeer te halen. ‘Want’, zo redeneerde het Indiase Strafhof. ‘India is er nog niet klaar voor. Maar daarin zijn we niet anders dan andere landen. Ook in andere delen van de wereld is homoseksualiteit verboden.’ Het Lawyers Collective ziet toch hoop in de boodschap. ‘Het Indiase hof weigert artikel 377 te wijzigen vanwege publieke opinie en niet vanwege strafrechtelijke overwegingen. Dat geeft hoop. We gaan in hoger beroep,’ aldus een van de medewerkers.
Ook Meenu laat zich niet uit het veld slaan. ‘Ik ben gelukkig. Ik ben vrij om mezelf te zijn. Er zijn steeds meer mannen en vrouwen, die hun eigen weg gaan en tegen onze tradities ingaan. Wet 377 stamt uit het koloniale tijdperk. Dat zegt genoeg. Er zijn nieuwe tijden aangebroken. Ook hier in India.’
De bijgevoegde foto’s zijn algemene straatbeelden. De afgebeelde personen komen niet overeen met de personen uit het artikel.